Muziek en de dingen die voorbij gaan 1,
Was het vroeger beter? Was er meer te ontdekken? Ben ik te oud en ouderwets om nieuwe dingen echt nog te gaan waarderen? Als je, zoals ik, bijna je hele leven intensief bezig bent met muziek, luisteren en maken. Dan kom je op een punt uit waarop je jezelf afvraagt…’is that it?’ en als je dan voor jezelf het antwoord…’ja… denk ’t wel’ moet geven dan ben je zoals de Geitenwollensokkenlaars het noemen aangekomen op een evaluatie momentje. Deze column is het eerste uit naar wat ik hoop een hele serie evaluatie momentjes.
Ik kom uit een arbeiders milieu, vroeger was dat een perfecte binnenkomer in allerlei linkse praatgroep clubjes tegenwoordig hoor je bij de Rechtsneofascistische onderbuikjes omdat je A; niet van de UvA afkomt, B: je Trump waarschijnlijk een goede vent vindt en tot slot C: Je ook een racist bent die maar niet wil snappen dat je toch echt persoonlijk verantwoordelijk bent voor de slavenhandel…
Mijn vader was een Stukadoor die het principe: ‘ik werk dus ik ben rood’ aanhing. Ik herinner me dan ook de bezoekjes aan de jaarlijkse partijbeenkomsten van de CPN in de Amsterdamse RAI. Er was drinken er waren vlammende betogen van Marcus Bakker.. even los van de inhoud, één van de beste openbare sprekers die Nederland ooit gekend heeft! En, er was muziek… op een podium. Ik vond het buitengewoon gek als na een toespraak mijn vader en al zijn collega’s opstonden een vuist in de lucht staken en met vochtige ogen een lied aanhieven waarvan de strekking mij niet geheel duidelijk was.. ik begreep alleen dat de Internationale alle mensen geluk zou moeten brengen, maar wie die geheimzinnige Internationale nou was, daar werden geen mededelingen over verstrekt. Het allereerste live (was het dat wel?) optreden dat ik zag was op een van die bijeenkomsten van de CPN in RAI ik zag daar…: The Buffoons, een band uit Twente die hoog in de hitlijsten stonden met: “its the end” Uit de gekozen titel bleek een voortreffelijke realiteitszin want het was in 68 de allerlaatste grote hit die ze hadden. Behalve het schorre, droog hoestende raspende gezang van mijn vader is dit een van mijn eerste momenten waarin ik voelde dat muziek iets met me deed. Ik was 9 in 1968, de wereld ging aan me voorbij, spijtig genoeg ook de seksuele revolutie, die anticonceptiepil slikkend heel gereformeerd Nederland in brand zette. Johnny van Doorn boorde met een Black & Decker een echt gaatje in zijn voorhoofd tegen bewustzijnsvernauwing en hield daar een heel behoorlijke ontsteking aan over. De Nederlandse Hippies werden door de arbeiders “Langharig werkschuw Tuig” genoemd en de Politie, toen nog gewoon de “vijf maal acht” geheten (was het telefoonnummer van de politie) werkte niet de-escalerend en gingen ook het kringgesprekje niet aan. Niks… vanuit het zijspan van de motor mepten de agenten er vrolijk op los met de zéér lange lat, ordehandhaving ging toen nog onder het motto: ‘Pijn is fijn en bloed moet, maar wel bij demonstranten dan pas is het goed!’. Ik kan me overigens niet herinneren dat ook maar iemand in de familie of het kleine kringetje daaromheen het erg vond als weer eens zo’n ‘stinkhippie’ afgerost werd door een overmacht aan agenten… met pet en lange lederen jas en nog langere wapenstok! Het entertainment thuis bestond uit het overdag beluisteren van de radio en s ’avonds kijken naar de TV. Omdat Nederland in die dagen ernstig verzuild was hadden mijn ouders helemaal niks met de Publieke omroep. TV wel want ja.. er was niks anders, maar op de radio waren ze gauw klaar in de 60er jaren. Het oeverloos gewauwel van de verheffende VARA, de duf kerkelijke dwang van de Christelijke en andere kerkelijke omroepen. De enige die nog een beetje kon was de AVRO, heel gek overigens want de AVRO was in de beginjaren van de tweede wereld oorlog onder leiding van NSBer Blokzijl heel erg fout geweest. De omroep had zelfs vrijwillig alle Joodse medewerkers ontslagen. Aan de andere kant lazen mijn ouders ook de Telegraaf en dat was nou ook niet bepaald het voorbeeld van verzet geweest in de oorlog. Laten we het maar houden op een beperkt historisch besef, of beter gezegd: een selectief historisch besef. Ondanks dat mijn vader voor de Arbeitseinsatz naar Duitsland gedeporteerd werd in de tweede wereld oorlog. De enige keren dat de communist in mijn vader omhoog borrelde was als GBJ Hilterman van de AVRO op de radio of de TV was dan zat mijn vader schuimbekkend voor het apparaat, dat Hilterman behoorlijk oud geworden is heeft niet aan mijn vader gelegen!
Bij ons thuis werd in de 60er jaren naar Radio Veronica geluisterd, naar Tineke de Nooy met haar verschrikkelijke Koffietijd, Naar Joost den Draaijer en al die andere DJ,s die er werkten. Veronica bracht iets wat de publieke omroep niet kon en ook niet mocht! Muziek, de hele dag door muziek….Als er een omroep dan muziek bracht kwam er zo’n ongelofelijke Jan Hen bij die er ‘iets’ over ging vertellen. Herman Stok van de VARA ging zelfs zover dat hij ooit van de Beatles vond: “Dat de Jeugd hier niet op zat te wachten…”. Diezelfde Stok zou later beweren dat met z’n programma “Top of Flop’ behoorlijk wat hits gemaakt had…. Veronica, waarvan iedereen nu vindt dat ze geweldig waren, dat alles briljant was… ik heb in een nostalgische bui wel een wat oude jaren 60 programma’s beluisterd en nee, het was niet Briljant en nee, het was zeker niet geweldig. Het was van een niveau waarmee je nu bij de lokale omroep niet eens meer weg komt. Complete jingle pakketten waren gejat van hun Engelse voorgangers op de Noordzee.. de overbekende jingle “Live where the action is” kwam uit het nieuwe pakket van de Mi Amigo jaren daarvoor. Ook de hitparade hebben ze niet uitgevonden. De eerste Nederlandse hitparade werd namelijk door Jaap (Pete) Felleman in dienst van de VARA op 2 juli 1949 al uitgezonden, dat was een lijst gebaseerd op de Amerikaanse billboard lijst. De horizontale programmering was gejat van Radio London (Big L) die daar zeer veel commercieel succes mee had gehad en die als voorbeeld voor BBC Radio 1 had gediend. Het geweldige van Veronica voor Nederland zat hem in het feit dat ze de eerste waren die geen verheven doelen hadden, de kachel moest roken, dus wilde luisteraar muziek? Dan kreeg de luisteraar muziek! Wilde de luisteraar verzoekplaatjes? Dan kreeg de luisteraar verzoekplaatjes meerdere uren per week. Stan Haag en Frans Nienhuys zijn nog immer afschrikwekkende voorbeelden hiervan! Er werd zelfs gekeken naar doelgroepen… Tineke’s koffietijd was voor huisvrouwen die net klaar waren met stofzuigen en daar was de reclame op afgestemd.
Mijn ouders waren gewoon doorsnee radio en televisie consumenten. Lid van de AVRO vanwege de Gids De Televizier want daar stond lekker veel in! Luisteren naar Veronica vanwege lekker muziek.
Omdat ik in die tijd nog zo’n broekje was heb ik veel gemist om niet te schrijven; alles gemist eigenlijk….
Wordt vervolgd….